Tips en suggesties
De leerlingen zullen je als eerste bekijken (en beoordelen) op je uiterlijk en optreden.Maak je een slag in de eerste les dan is er veel gewonnen.
Probeer echt (authentiek) te zijn.Kinderen hebben een hekel aan slijmen en paaien. Bedenk dus wat je wilt zijn en wat je van hen wilt.
Denk ook aan je uiterlijke presentatie.Kleed je goed en eigentijds maar niet provocerend of uitdagend. Blijf de volwassene en de docent (geen buiktruitjes of oranje haar o.i.d.).
Vriendschappelijkheid kan wel maar bewaar enige afstand (geen ouwe-jongens-krentenbrood- houding dus).
Probeer je in hen en hun situatie te verplaatsen.Hoe machtig een klas ook kan lijken; ze zijn in eerste instanties afhankelijk van de leerkracht.
De relatie aangaan
Sta stevig met beide benen in kleine spreidstand.Neem eventueel boek in de hand.
Kijk ze stuk voor
Stuk aan.Zeg eventueel iets dat je opvalt (mild, nieuwsgierig, niet oordelend).
Zeg je naam en je vak en maak een rondje om hun naam te horen.
Maak daar eventueel een spel van (Wie heeft een naam die begint met de letter A Willen jullie op alfabet gaan staan of Ik ben Peter de Boer en ik ben een waterpoloer en vraag hen hun naam te noemen en iets specifieks van henzelf.
Vertel wat je vak is en je doel en de verwachtingen die je hebt t.a.v.de leerlingen.
Spreek je wensen uit met betrekking tot de lessen en opdrachten.Vergeet niet ook plezier en humor te noemen en je bereidheid tot helpen.
Vertel iets over het vak en leg de relatie tussen jezelf en het vak of doelstelling van je eerste lessen.
Vertel een grap of anekdote over het vak of over leren in het algemeen.Geef eventueel de moeilijkheidsgraad aan maar vraag of ze het willen zien als een wedstrijd die te winnen is.
Vraag de leerlingen of je iets specifieks moet weten van deze klas (handicaps, ziekte, omstandigheden).
Zekerheden
Natuurlijk zoek je naar zekerheden in het lesgeven.Die zijn niet te garanderen. Je eigen inzet en kennis kun je wel maximaal inzetten. Je wilt een goede relatie met je leerlingen. Je doel kan zijn dat het hen goed gaat in jouw omgeving. Mogelijk heb je persoonlijke talenten die je kunt gebruiken om het goed te hebben met elkaar.
Je komt al een heel eind wanneer je een van de volgende talenten kunt inzetten:
Doorzettingsvermogen
Een open en humorvolle opstelling
Hulpvaardigheid
Veiligheid bieden
Begrip hebben voor de omstandigheden en leeftijd van leerlingen
Betrouwbaarheid
Geduld.
Doelstellingen
Ken altijd je eigen doelstellingen, zowel je persoonlijke als die voor je les of vak.
Noem de leerlingen de doelen die je met hen samen wilt bereiken.
Benoem die bij elke les en stel ze eventueel bij als er storingen zijn.Zie het als een wedstrijd die te winnen is.
Reflecteren
Natuurlijk kunnen er storingen optreden zowel positieve als negatieve.
Reflecteer.Wat is mijn behoefte op dit moment,
Wat is de behoefte van de leerlingen.
Uit je eigen gevoelens
Vraag naar die van de leerling(en).
Geef aandacht aan storingen van (ernstige) emotionele aard, maar noem het doel van de les
Besteed direct of later aandacht aan de storing.
Ken daarin je eigen behoeften en erken die van de leerling(en).

Leerkracht checklist